Nieuwjaar

 

Een nieuw jaar

Een nieuw begin

Nestelt zich

In risicoloze rituelen

Op sporen

Van mijn verleden

 

Zo wijk ik wonden

Van mijn gekraste lijf

De geklepte ogen

De getekende ziel

 

Zij verblinden

Mijn vrije zicht

Op de toekomst

Die blijft zweven

In de gestolde wens

Achteloos

Gedachteloos

Gesproken

 

Maar de kracht

Zit in de macht

Om in een nieuw jaar

De krassen te laten

De wonden te winden

De kleppen te openen

En je tegemoet

Te komen.

Dorpsdichter 2

 

Vijftien maanden ben ik nu aan het dichten

En ik geniet mateloos van mijn rol,

Al is mijn agenda soms overvol

Omdat ik heel veel poëtisch wil belichten.

 

Hoewel het me vooraf wat moeilijk leek

Heb ik ook in mezelf wat losgewoeld

En raakte ik daarom onbedoeld

Ook als persoontje wat van streek.

 

In dat ruime jaar is één ding mij wel gebleken:

Mensen genieten van het dichterlijke woord,

Ook al komt het soms in de buurt van preken.

 

Daarom ga ik naarstig voort

Met die peuterige pennenstreken

Als mijn persoonlijk toevluchtsoord.

Dag meneer pastoor

 

De kerk van mijn doop

Mijn communie en mijn trouw

De kerk van mijn zondag

Mijn feesten en mijn rouw

De kerk waar ik missen diende

Ik zong er in het jongenskoor

Van nachtmis en van avondwake

Vijfendertig jaar was u mijn pastoor

 

De kerk van de bijbel

En van mijn dik missaal

Van de kerststal en de kruisweg

De mooie liturgische taal

De kerk van de naastenliefde

En zorgen voor elkaar

Van werken van barmhartigheid

En van het warm gebaar

 

De kerk ook van controverse

Tussen letter en de geest

Het heffen van de vinger

En het woord dat wordt gevreesd

De kerk van de regels

U kent ze allen vast

Van afstoten en buitensluiten

Wie niet binnen kaders past

 

De kerk die niet meer de mijne is

Stiekem heb ik u verlaten

Al koos ik mijn eigen weg te gaan

Haar sporen heeft ze nagelaten

Mijn God is overal

De wereld is mijn kerkgebouw

Ik beleef met alle mensen

Geloof, hoop, liefde en berouw.

 

In een woelige periode

Gaf u uitvoering aan de woorden Gods

Plichtsgetrouw deed u uw werk

Niet dogmatisch, wel een rots

In die kerk vervulde u rustig en bescheiden

Als een veilig sturend baken

En met een oog voor mensen

Al uw pastorale taken