In het verzet

  

Deze mannen vrouwen kozen niet voor het geweld

Maar ze deden in die barre oorlogsdagen

Wat je niet van een mens mag vragen

En daarom nu nog steeds moet worden doorverteld

 

Niemand wordt vanzelf een oorlogsheld

Pas als je geen onrecht kunt verdragen

Het durft om aan de vrede bij te dragen

En niet bang bent om te worden terechtgesteld

 

Ik ken niet de angst van dapperheid

Het verdriet van afgenomen macht

De eenzaamheid van een doorwaakte nacht

 

Ik heb geen weet van deze barre tijd

En ken niet de intense strijd

Van hen die hoog moeten worden geacht.

Gedicht voorgelezen tijdens de Dodenherdenking in Bladel.

In het  verzet 2

 

Telkens als ik hier passeer

valt mijn hoofd vol vragen:

Hoe zou ik me hebben gedragen

in die bange oorlogsdagen?

 

Had ik me gemeld voor het verzet

en piloten hebben verstopt?

Saboteerde ik het spoorwegnet,

of verborg ik munitie die boven ons werd gedropt?

 

Dat bedenk ik telkens weer.

Maar ook dat ik mezelf ken

en daarom hier beken

dat ik een grote angsthaas ben

 

Zou ik een anjer hebben opgeknoopt

en radio Oranje hebben aangezet?

Zou ik mijn mouwen hebben opgestroopt

tegen elke Duitse Jodenwet?

 

Of zou ik me voor Duitsland hebben gemeld

en de Ariërsverklaring hebben ondertekend?

Zou ik gezwicht zijn voor geweld,

omdat me iets werd aangerekend?

 

Zo mijmer ik de vele vragen

waarop mij nooit een antwoord wacht

omdat ik geen weet heb van de bange oorlogsnacht.

Alleen met verhalen ben ik grootgebracht.

 

Dus ik weet niet of ik zou hebben meegeheuld

als een dapper mens bruut werd terechtgesteld.

Misschien had ik wel weggekeken bij het geweld,

want je bent niet zomaar een oorlogsheld.

 

Want nooit heb ik de last gezeuld

van een verdrongen oorlogsverleden

Nooit heb ik voor mijn leven gestreden.

Ik kende het geluk van een levenslange vrede.

 

Maak jouw eigen website met JouwWeb